Coachen met NLP

Laten we eerst eens kijken wat ‘ coachen’  precies is:

COACHEN IS……

wat is coachen?

  • Het is het leidinggeven gericht op motivatie van de coachee.
  • Het bewust maken van onbewust gedrag.
  • Het verbeteren van prestaties en
  • Het ontwikkelen van vermogen,
  • Het borgen van kwaliteit en opleidingen en training.
  • Het is in ieder geval doelgericht
  • Het delegeren van verantwoordelijkheden aan de coachee.

Het betekent dat de kwaliteit van communiceren van de coach heel goed moet zijn en daar speelt NLP een grote rol in.  In deze blog vertel ik wat meer over enkele elementen vanuit de NLP die essentieel zijn in coaching!

WAT IS NLP?

NLP staat voor Neuro Linguïstisch Programmeren. Het is een verzameling van wonderbaarlijke technieken uit de psychologie die verband houden met ‘positief denken’ en het bieden van meer flexibiliteit in gedrag. Hiermee worden (persoonlijke) doelen bereikt.

Een definitie van NLP

NLP is een houding en een methode wat een reeks technieken met zich mee brengt. Een verzamelingmethode om effectiever te communiceren, dus sneller en beter je doelen bereiken.

Houding: Een nieuwsgierige houding en bereid om te experimenteren.

Methode: NLP is ontstaan vanuit het model-leren van succesvolle personen.

Technieken: De technieken richten zich op de communicatie en de structuur van de subjectieve ervaring. Het waarnemen van gedrag, de interactie en het veranderen van gedrag.

Neuro Linguïstisch Programmeren

Geschiedenis

De naam NLP verwijst naar (Neuro) het menselijke zenuwstelsel, inclusief de hersenen en de vijf zintuigen. (Linguïstisch) De manier waarop wij communiceren  en (Programmeren) de betekenis die we geven aan ervaringen en de mentale strategieën die we gebruiken om de gewenste resultaten te bereiken. NLP werd door Richard Bandler en John Grinder begin jaren ’70 ontwikkeld, omdat zij het werk van succesvolle mensen gingen modelleren. De term NLP wordt gebruikt om zowel het proces van modelleren dat zij gebruikt hebben en de krachtige modellen voor effectieve communicatie en verandering die zij gecreëerd hebben en hebben beschreven.

Neuro: Er komen miljoenen impulsen per minuut binnen via onze zintuigen: visueel, auditief, kinesthetisch, olifactoir en gustatorisch.

Linguïstisch: We vertalen onze  ervaringen naar een betekenis en geven dit weer in taal.

Programmeren: We programmeren onszelf, dat wil zeggen we hebben onze mentale strategieën ontwikkeld aan de hand van onze ervaringen en overtuigingen.

ONS BREIN

Om zo efficiënt mogelijk te leren en goed te functioneren in een voortdurend veranderende wereld en organisaties is het bezit van kennis alleen niet genoeg. In de ideale situatie bezit de mens vaardigheden om steeds nieuwe dingen erbij te leren en speelt met gemak in op de dynamiek van de omgeving. Het ontwikkelen van emotionele intelligentie ( rechter hersenhelft) is zeer belangrijk.

Balans is het sleutelwoord: Het vinden van balans in jezelf heeft onder andere te maken met het evenwicht tussen ratio en emotie! Ratio en emotie worden door de linker en de rechter hersenhelft gestuurd:

hersenhelften links en rechts van ratio en emotie

Als de hersenhelften goed met elkaar samenwerken, kun je sneller leren en blijft het geleerde ook veel beter hangen. Je ziet dat succesvolle mensen hun rechterhelft goed hebben ontwikkeld. Dit zijn ook de meer flexibele mensen in de sport en in een organisatie, die ondanks tegenslagen, dingen voor elkaar krijgen.

Hoe je emoties in veranderprocessen of in coaching kunt toepassen, is heel verschillend. Door in te spelen op hoe iemand geprogrammeerd is (visueel, auditief, kinesthetisch) kan de deelnemer makkelijker stof tot zich nemen. NLP is hierbij dus een effectief hulpmiddel.Ook oefeningen die inhaken op de emotie; waarbij je je gevoel en intuïtie moet gebruiken, helpen de linkerhelft te stimuleren.

Prikkels

Onze hersenen zijn vooral gefocust op nieuwe prikkels, het zoeken naar plezier en het vermijden van pijn. Voor het vastleggen van informatie in de hersenen zijn 2 factoren van groot belang, de kwaliteit van de aandacht en herhaling. Onze emoties spelen bij alles een primaire rol. Het brein is op zoek naar herkenning: onze trainingen zijn praktijk en resultaatgericht.

Niemand kan worden gedwongen om te leren. We kunnen wel een omgeving  scheppen die aanmoedigt om te leren. Motivatie is de belangrijkste factor voor het functioneren van het brein.

Voorbeeldgedrag werkt motiverend. Onze hersenen reageren het beste op verschillen, op variatie, bijvoorbeeld in kleur, vorm en structuur. Aanleren is makkelijker dan afleren.

Ons brein heeft minimaal 6 weken nodig om nieuwe stevige neurale verbindingen te maken: waardoor nieuw gedrag spontaan plaatsvindt.

Leren is het stimuleren van neurale verbindingen, door:

  • Leertijd in stukjes verdelen.
  • Successen vieren,
  • Spelenderwijs leren.
  • Zintuig prikkelend.
  • Focus op te bereiken resultaat.

HET COMMUNICATIEMODEL

Stel, je kijkt met een ander naar een film. Jullie zien en horen exact hetzelfde. Als we jullie daarna allebei interviewen om te vragen wat je gezien en gehoord hebt, en wat je interpretatie is van wat er gezegd is en hoe de mensen in die video zich voelden, dan ontstaan er vast en zeker verschillen. Hier een communicatiemodel.

Via onze zintuigen (zien, horen, ruiken, proeven, voelen) komt informatie binnen. Laten we dit de externe prikkels (EP) noemen. Onze filters (bijvoorbeeld kennis, ervaring, waarden en overtuigingen) maken dat we aan deze input een eigen betekenis (Intern Proces IP) geven. Met andere woorden: we filteren alle informatie die we binnen krijgen en geven er onze eigen betekenis aan. Deze interpretatie maakt dat we in een bepaalde stemming komen (Interne Toestand IT) en wat onze reactie is (Extern gedrag). Je gedrag (wat je zegt en/of doet), je stemming en je IP zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.

DE STRUCTUUR VAN DE SUBJECTIEVE ERVARING

Elke ervaring is dus een subjectieve ervaring. Alles wat je denkt heeft invloed op je gevoel en op alle aspecten van je gedrag, Vanuit de zintuiglijke waarneming creëren we onze gedachten (intern proces) en gevoelens (interne toestand), deze innerlijke processen bepalen ons extern gedrag.

Interne Proces (denken):

Deze geven de innerlijke strategieën weer die we gebruiken. Het gaat er hierbij om HOE we iets doen, de gedachte die we hebben. Gedachten bestaan uit beelden, geluiden, gevoelens, geur, smaak en zelfspraak. Sub modaliteiten, taal en mentale strategieën ontstaan uit de interne processen.

 Interne Toestand (voelen):

De emotionele situatie waarop we ons op dat moment bevinden zorgt ervoor WAAROM we iets doen. Het zijn de gevoelens die we hebben, innerlijke lichamelijke sensaties en stemmingen.

Extern Gedrag (doen):

Het extern waarneembare resultaat uit onze interne processen en interne toestand, toont WAT we doen. Dit omschrijven we als gedrag.

KEN JE DOEL

Wanneer je jouw medewerkers wilt coachen is het goed om doelen te stellen. Dit zijn vaak doelen afgestemd op afdelingsdoelen of het zijn persoonlijke ontwikkelingsdoelen. Als je weet waar je naartoe wilt, dan wil je waarschijnlijk ook weten hoe je jouw doel kunt bereiken. Met andere woorden: wat is de weg naar je doel? En waar sta je nu? Wat je nodig hebt, is een actieplan.

Vragen die je kunt stellen:

  • Wat wil je bereiken, wat is de gewenste situatie?
  • Wat is de huidige situatie: waar staat iemand nu, wat doet hij/zij, wat niet?
  • Wat houdt tegen om het doel te bereiken, wat belemmert?
  • Wat is er nodig, welke hulpbronnen kan men aanwenden?

Het is belangrijk om eerst vanuit de huidige situatie te bekijken wat er goed gaat en wat er ontwikkeld kan gaan worden. Vervolgens kun je zo de gewenste situatie in kaart brengen door doelen te stellen.

delegeren van verantwoordelijkheden

Doelen stellen volgens het NLP Het SMART principe: Volgens dit principe voldoen doelstellingen altijd aan vijf eenvoudige criteria:

  • Specifiek
  • Meetbaar
  • Acceptabel
  • Realistisch
  • Tijdgebonden

 S         Specifiek en simpel (specific, simple)

Is het doel specifiek geformuleerd? dat wil zeggen waar en met wie het doel bereiken? Is het doel concreet en eenvoudig aangegeven? Is het doel in positieve termen weergegeven?

M           Meetbaar en zinvol (measurable, meaningfu

Is het doel toetsbaar? Hoe weet ik dat het doel bereikt is? Wat is er dan anders dan nu? is het zinvol?

A            Acceptabel (as if now, achievable)

Is het doel wenselijk binnen alle gebieden van zijn/haar leven?

R             Realistisch & ecologisch verantwoord (realistic, responsable/ecological)

Is het een realistisch doel, past het binnen de omgeving? Is het doel uitdagend? Heeft het positieve consequenties?

T             Tijdsaanduiding en positief geformuleerd (Timed, toward what you want)

Per wanneer (toekomst) is het doel bereikt?

COMMUNICATIE AFSTEMMEN: ‘RAPPORT MAKEN’

Soms ontmoet je iemand voor de eerste keer en is het net alsof je diep persoon al jaren kent, het klikt. Bij de ene persoon voel je vertrouwen terwijl je die misschien helemaal niet zo goed kent. Anderzijds kun je met andere mensen, hoe goed je ook je best doet, niet goed opschieten. Het direct goed kunnen opschieten noemen we binnen de NLP ook wel ‘Rapport hebben’.  

De technieken die wel of juist niet voor ‘rapport‘ zorgen zijn:

spiegelen van gedrag MIRRORING: Het sleutelwoord is empathie. Je spiegelt de ander. op zijn/haar gedrag. Dus je spiegelt lichaamshouding helemaal, ook de woordkeuze kun je helemaal spiegelen.  Je voelt bij wijze van spreke wat de ander voelt.

 

matchen van gedragMATCHEN: Het sleutelwoord bij matching is ‘gelijkheid en begrip’.  Je spiegelt elkaar niet in totaal, maar een gedeelte van het lichaam en of taal en stem.

MISMATCHEN: Het (bewust of onbewust) tegenovergestelde van matching is mis-matchen. Het sleutelwoord is verschillen, niet afstemmen op de ander.

Rapport maken is geen kunstje! Rapport maken doe je met de beste intentie, en alleen als je dat wilt om welke reden dan ook. Hoe maken we dat dan? We stemmen ons af op de ander op de fysiologie, stemgebruik en/of woorden. We volgen en leiden het gedrag van de ander.

Lichaamstaal  (55%)   lichaamshouding, gebaren, gezichtsexpressie en ademhaling

lichaamstaal

Stemgebruik (38%)     toon, temp, volume, timbre, ademhaling       

Woorden/tekst (7%)    sleutelwoorden, stopwoorden, jargon

Volgen en leiden: We volgen de communicatie van de ander, nemen dit over en door dit veranderen nemen we de leiding.

Dus volg de lichaamstaal van de ander en verander dan je houding door anders te gaan zitten of staan. Volg het volume van de ander en verander vervolgens de luidheid van je stem. Volg de woordkeuze van de ander door te luisteren en samen te vatten en stel vervolgens vragen om de leiding te nemen.

Communicatiepatronen

Bij het maken van “rapport” sluit je aan wat de zintuigen van een ander weergeven. Je stemt je communicatie af op de ander. Een ander woord voor “rapport maken” is Gelijkwaardigheid of Respect voor de ander. Hierdoor heb je sneller de klik en dus vertrouwen. Vertrouwen is nodig om te kunnen coachen.

De zintuigen die het meest gebruikt worden in de communicatie:

  • Zien (visueel): zicht, kleuren, beelden
  • Horen (auditief): horen, luisteren, geluiden, volume
  • Voelen (kinesthetisch): voelen, tasten, bewegen

Daarnaast natuurlijk ook nog de smaak en reuksysteem.

Ieder mens ontwikkelt een voorkeur voor een zintuiglijk ofwel representatiesysteem; men heeft een dominant representatiesysteem en waarnemingspatroon. Herkennen van het dominante representatiesysteem van de ander maakt het mogelijk om aan te sluiten bij het beeld van de werkelijkheid dat de ander heeft.

NLP oogbewegingen

Visueel: Mensen met een sterk visuele voorkeursstijl staan of zitten met hun hoofd rechtop/ omhoog en meestal met de ogen naar boven. Zij bewegen met snelle, krachtige bewegingen, lopen meestal snel, met hun hoofd omhoog. Ze ademen veelal over de toppen van hun longen. Op een stoel zitten ze meestal op het puntje of naar voren. Ze herinneren zaken door “beelden” te zien en zijn minder gericht op woorden en geluiden. Ze hebben moeite met verbale instructies, ze willen weten hoe dingen eruit ZIEN.

Auditief: Auditief ingestelde mensen bewegen hun ogen veel zijwaarts en ademen vanuit hun borst. Ze spreken veel tegen zichzelf en zijn snel afgeleid door geluiden. Ze kunnen woorden vaak letterlijk terug vertellen, zoals zij deze gehoord hebben. Ze leren door te luisteren, houden van muziek en telefoongesprekken. Ze bewegen zich minder snel en opvallend dan visueel ingestelde mensen. Ze HOREN graag of ze het goed doen.

Kinesthetisch: Mensen die kinesthetisch zijn, ademen veelal diep; het is te zien aan de buik. Ze lopen vaak met geleidelijke bewegingen en praten over het algemeen ook langzaam. Ze reageren op een fysieke manier door mensen aan te raken en voelen anderen aan. Ze staan ook fysiek dichter bij anderen, dan bijvoorbeeld visueel ingestelde mensen. Kinesthetisch ingestelde mensen hoeven niet altijd te praten om andere mensen te begrijpen; ze voelen het aan, ze weten dat het goed VOELT

Auditief digitaal: Met digitaal wordt bedoeld: innerlijke dialoog. De mensen met een dergelijke voorkeur spreken veel tegen zichzelf. Het verschil met auditief (tonaal) en digitaal zit vooral in de interne representatie. Auditief digitaal ingestelde mensen voeren gesprekken met zichzelf over wat ze waarnemen en daarvan vinden. Dialoog bestaat vooral uit innerlijk commentaar geven over datgene wat er gebeurt. Ze willen weten of datgene wat ze waarnemen “logisch” is.

PREDIKATEN

Voorbeelden van uitspraken en spreekwoorden.

Visueel: ik kijk ervan op.  Er is zicht op de zaak. Ik zie het zitten. een oogje in het zeil houden. een helder beeld hebben van…afgezien van….uitzicht hebben op..

Auditief: daar hoor ik van op. Kort gezegd kom het erop neer dat… Dat klinkt vreemd in de oren. Op je praatstoel zitten. Een andere toon aanslaan. Het is de toon die de muziek maakt. Ergens oren naar hebben. Dat klinkt goed.

Kinesthetisch: ik heb het gevoel dat.. ik voel er veel voor. Ik houd mijn hart vast. Ik voel me verward door.. Ergens voor voelen. een basis leggen. Wikken en wegen. Onder druk staan. Een goed gevoel hebben.

NLP VOORONDERSTELLINGEN BEPALEN JE GRONDHOUDING

De communicatie  van de coach als leidinggevende moet altijd goed zijn en aan bepaalde eisen voldoen. Als mens hebben we altijd verwachtingen (we noemen die verder vooronderstellingen) die bij die omgeving en de relatie passen. Voor communicatie hanteren we in de NLP werkwijze ook een paar vooronderstellingen:

  • ieder mens heeft zijn eigen beeld van de wereld/werkelijkheid
  • elk gedrag heeft een positieve bedoeling
  • de betekenis van wat je zegt is de respons die je krijgt
  • iedereen heeft alles in zich wat nodig is om vaardig te communiceren
  • er bestaat geen mislukking, alleen maar feedback

Deze vooronderstellingen  en het afstemmen op de communicatie van je coachee, je medewerker, worden uitgebreid behandeld in de tweedaagse training 

Plaats een reactie